Drukken met papieren sjablonen en het gebruik van kleur.
Voor het drukken met papieren sjablonen gebruik je een zeef met een kader. In deze zeef heb je middenin een rechthoekige opening van 42×29,7 cm ( A3 ). Je kunt drukken maken met dit hele rechthoekige open vlak (ook monoprints met meerdere kleuren), maar je kunt ook nog papier vormen (sjablonen)onder de zeef leggen. Deze papieren vormen zorgen ervoor dat daar geen inkt op het onderliggende papier terecht komt bij het drukken. Na de eerste keer drukken blijft het papieren sjabloon onder je zeef plakken, en kun je nog een paar extra drukken maken. Je kunt niet tussendoor je zeef schoonmaken om met een heel andere kleur te gaan werken: de papieren sjablonen gaan eraf bij het schoonmaken. Wel kun je natuurlijk zorgen voor een extra papieren sjabloon als je dezelfde vorm met meer kleuren wilt drukken.
Met papieren sjablonen kun je geen hele fijne vormen maken (die beschadigen snel of zakken van de zeef af),maar je kunt wel veel sneller werken dan met fotografisch belichten, zodat je – zeker in combinatie met monoprinten – al snel een mooi resultaat kunt behalen. Hierbij een aantal voorbeelden en opzetjes. Bedenk vooral je eigen sjabloonvormen, maar dit helpt je misschien een eindje opweg of brengt je op ideeën.
Bedenk welke vormen en kleuren je samen gaat gebruiken. Welke sjablonen heb je dan nodig? Bereid deze voor. Je kunt vormen geheel of deels over elkaar heen drukken, of helemaal los van elkaar. Door combinaties van verschillende vormen en – al dan niet transparante – kleuren zijn er met simpele basis vormen al heel veel mogelijkheden.
KLEUR.
Als je meer weet over kleur, dan kun je beter:
- inkten mengen
- kleuren kiezen voor je drukken
Voor het mengen van inkt zijn er twee uitgangspunten:
- je gaat uit van de klassieke basiskleuren rood, geel en blauw
- of je gaat uit van cyaan, magenta en geel
Met de basiskleuren ( en met wit en/of zwart erbij, want dat zijn officieel geen kleuren )kun je in principe alle andere kleuren mengen. Met zeefdrukken heb je verder ook kleuren die je niet kunt mengen, zoals speciale kleurpigmenten ( sommige kleuren oranje en paars bijvoorbeeld ), fluor kleuren en metallic inkten.
Drukkers gaan uit van CMYK ( opgebouwd uit cyaan, magenta, geel en zwart, oftewel full color ) inkten. En er zijn allerlei kleursystemen ( Pantone, Ral, enz )om af te spreken hoe bepaalde kleuren er precies uitzien, en hoe je ze mengt. Maar je zult met zeefdrukken vooral je eigen kleuren per keer zelf mengen.